In 1921 begonnen Lau Homan, Hein Bader en Daan Hogewoning aan hun eigen experiment; zij wilden de bloembollen gaan veilen, in plaats van de bloemen, en zouden dit gaan doen pas nadat de bollen gerooid waren. Zij wilden dus het geoogste product gaan verkopen. Tot die tijd was het de gewoonte om gewassen te veilen als ze nog ‘te velde’ stonden.

Al snel vonden zij een geschikte locatie voor hun experimentele veilingen. De voormalige stal van de postkoetspaarden van Hotel De Witte Zwaan was naar hun mening groot genoeg om de veilingen te kunnen huisvesten. Het tegendeel bleek echter waar. De belangstelling en ook de aanvoer van de ter veiling aangeboden bollen was zo groot, dat de bollen veelal buiten de stal stonden.

Vanwege het grote succes, werd de NV. Hollands Bloembollenhuis Hobaho opgericht. De naam Hobaho is de samenvoeging van het begin van de achternamen van haar oprichters; Homan, Bader en Hoogewoning. Als eerbetoon aan de geïmproviseerde locatie, werd een trotse witte zwaan als handelsmerk gekozen.

Om de veilingen te kunnen uitbreiden was een beter geschikt pand nodig dus besloot men daartoe een eigen hal te laten bouwen.  Aan de haven in Lisse werd een, voor die tijd, enorme hal met een oppervlakte van 4200 m2 gerealiseerd. De hal werd met de haven verbonden via een speciaal aangelegde sloot zodat men de aanvoer van de nieuwe bollen rechtstreeks de hal kon binnenvaren. Nooit eerder was er een loods van deze omvang gebouwd. In de zomer van 1922 werd de hal in gebruik genomen.

Dit portret van één van de drie oprichters van de Hobaho is geschilderd door de Franse decorschilder Lucien Louis Manceau (1873-1937). Manceau was een franse schilder die in Parijs had gewerkt aan de operadecors van de Franse Opéra en in 1904 naar Den Haag  kwam om daar voor de Koninklijke Schouwburg te werken als hoofd decorschilder. Manceau vestigde zich in Warmond in 1909 waar hij tot zijn dood zou blijven wonen en schilderen. Manceau was een veelzijdig schilder die niet alleen portretten schilderde van lokale bekendheden maar ook “bollenportretten” voor de bollenhandelaren, stillevens en bloembollenvelden.